Naam van het uur: ‘Ingang van het hol dat de lijken onderzoekt’
Naam van de poort: ’Rustplaats van die van de Duat’
Naam van de godin: ‘Sterachtige, Vrouwe van de bark die de vijanden afweert wanneer hij uitgaat’
Inleidende tekst bij het elfde uur:
<Rustend door de majesteit van deze grote god in dit hol,
Hij geeft bevelen aan de goden die zich daarin bevinden.
De naam van de poort van deze plaats,
waardoor deze grote god naar binnen gaat luidt:
‘Rustplaats van de Onderwereld bewoners’.
De naam van deze plaats luidt:
‘Ingang van de hol dat de lijken onderzoekt’.
De naam van het uur van de nacht dat deze grote god leidt luidt:
‘Sterachtige, Vrouwe van de bark die de vijanden afweert wanneer hij uitgaat’.
Het geheime hol van de Onderwereld waarlangs deze grote god trekt
om uit de oostelijke berg van de hemel uit te gaan.
De Eeuwigheid slokt zijn beelden op in de aanwezigheid van de ‘Ziener die zich op deze plaats bevindt’,
En plaatst hen in het gevolg voor de geboorte van Khepri uit de aarde.
Dit wordt dusdanig gedaan als de beeltenis die is opgetekend aan de oostelijk zijde van De Verborgen Kamer (ruimte) van de Onderwereld (Duat).
Degene die het weet zal deel hebben (aan offers) als een toegeruste Akh-geest in de hemel en op aarde – een ware remedie!>
Het elfde uur staat in het teken van de voorbereidingen voor de komende zonsopgang.