Boven register eerste uur

De nachtreis van de zonnegod Ra begint bij zonsondergang, wanneer de zon achter de westelijke horizon zakt. De pracht van de zonsondergang is nu voorbij. De zonnegod en zijn gevolg dalen af in de nachtbark naar een tussenrijk welke deze wereld scheidt van de eigenlijke onderwereld. Deze tussenliggende ruimte belichaamt een interval van tijd, waarna Ra het dodenrijk van Osiris zal binnengaan, door de poort (van het tweede uur) aan het eind van het eerste nachtelijke uur.

Er is er een duidelijk onderscheid tussen deze wereld en de volgende, tussen de wereld van de dag en die van de nacht, tussen boven en beneden. Dit is het Land van Stilte en Plaats van Waarheid, waar geen vijand van de zonnegod of zelfs de onbevoegde, voet aan wal mag zetten. Geen wonder dus dat de god, die we zien afgebeeld aan het eind van het onderste middenregister, “Verzegelaar van de Aarde” (82) wordt genoemd.

De poort naar het tweede uur  wordt “Hij-die-alles-verslindt” genoemd, wederom om te benadrukken hoe belangrijk het is om te voorkomen dat de vijanden van de zonnegod de velden van het hiernamaals betreden. (Het Amduat, in tegenstelling tot het Boek der Poorten, toont noch de poort zelf, noch zijn bewaker.)

Tekst bij de bavianen:
<Namen van de goden die voor de Grote Ba-zielen openen:>

De namen van de bavianen die de poorten openen voor de grote ba-zielen:
1 (baviaan): Baviaan
2 (baviaan): Djehdjeh die toejuigt
3 (baviaan): Toejuichende
4 (baviaan): Hart van de aarde
5 (baviaan): Favoriet van de aarde
6 (baviaan): Die prijst
7 (baviaan): Opener van de aarde
8 (baviaan): Hij die toegang geeft tot de aarde
9 (baviaan): Hij die Ra ziet

De zonne-bavianen (1-9) en de Uraeus-slangen (92-103) wachten op de komst van de Grote Ba-Ziel (d.w.z., Ra). Ze zijn afgebeeld in de bovenste en onderste registers (de horizontale beeldstroken, waarin de afbeelding is opgedeeld.) Ze openen de poorten voor de Ba-ziel, begroeten Ra en juichen. In de slottekst van het eerste uur, roept Re hen op om de poorten van de horizon voor hem te openen.

Tekst bij de godinnen:
<Namen van de godinnen die de ene in de aarde prijzen:>

De namen van de godinnen zijn.
10 (godin): Zij van de keel
11 (godin): De Jeugdige
12 (godin): Vrouwe van het leven
13 (godin): Geprezene van haar Ba-ziel
14 (godin): Verhevene van haar Akh-geest
15 (godin): Zij die macht over haar vijanden heeft
16 (godin): Grote verborgene
17 (godin): De geëerde
18 (godin): Zij van de bindingen
19 (godin): Verheven van arm
20 (godin): Vrouwe van bescherming
21 (godin): Doofstomme

Voor de bavianen staan twaalf godinnen(10-21). Ze dragen geen attributen. Ze prijzen degene die in de aarde is.

De duidelijke structuur van het eerste uur, met zijn precieze informatie over de afmetingen van het gebied, zou een apotropische functie kunnen hebben. De geordende structuur zou bedoeld kunnen zijn om de chaotische kracht van Apophis af te weren, om zo, zelfs hier, op de drempel van Osiris’ dodenrijk de stabiliteit van de eerbiedwaardige scheppingsorde aan te tonen.

De bovenste en onderste registers zijn symmetrisch geordend: groepen van negen goden worden afgewisseld met groepen van twaalf godinnen. Ook hier impliceert het getal 9 een oneindig aantal goden, terwijl het getal 12 waarschijnlijk verwijst naar de twaalf uren van de nacht, gedurende welke het regeneratieve proces plaatsvindt.

Tekst bij de goden:
<Namen van de goden die Ra aanbidden:>

De namen van de goden die Re aanbidden zijn:
22 (god met het krokodille-hoofd): Hij die door de onderwereld reist
23 (god met het krokodillen-hoofd): Hij die schreeuwt
24 (god met het krokodillen-hoofd): Machtig van gezicht
25 (jakhalshoofdige god): Heer van het Heilige Land
26 (jakhalshoofdige god): Verdeler van de twee landen
27 (god met het hoofd van een jakhals): Verdeler van de twee machten
28 (god): Wiens arm straalt
29 (god): Wiens arm wordt gezien
30 (god): Wiens arm prijst

Voor de godinnen zitten negen gehurkte goden, met opgeheven armen. Zij aanbidden of bidden tot de zonnegod, of zij begeleiden hem eenvoudigweg. De eerste drie goden hebben krokodillenhoofden(22-24). De volgende drie goden hebben een jakhalshoofd(25-27). De laatste drie goden hebben mensenhoofden(28-30).

Tekst bij de godinnen:
<Namen van de godinnen die de grote god leiden:>

De namen van de godinnen die deze grote god gidsen zijn:
31 (godin): Zij die de schedels van haar vijanden verbrijzelt.
32 (godin): De wijze die haar Heer beschermt
33 (godin): Zij die Ba-zielen snijdt
34 (godin): De grote die in de onderwereld is
35 (godin): Zij die in haar bark verblijft
36 (godin): Zij die arriveert
37 (godin): Zij die zich verzet tegen de bondgenoten van Seth
38 (godin): Zij van de diepte van de nacht
39 (godin): Beschermester van haar oog
40 (godin): De razende.
41 (godin): Sterachtige.
42 (godin):Zij die de volmaaktheid van haar Heer ziet

Het boven register eindigt met de twaalf uren van de nacht, gepersonifieerd als godinnen zonder attributen(31-42). –  Alle van hen nemen deel aan het voortdurende proces van regeneratie. Zij verlenen hun steun aan de Grote Ba-Ziel, als hij degenen voedt die op de rivieroevers wonen, door hen te voorzien van de middelen die het leven in stand houden

Dit bericht is geplaatst in Het eerste uur. Bookmark de permalink.